Extra locaties maken voor implementaties met meerdere locaties
Om meerdere locaties te ondersteunen, moet u diverse stappen uitvoeren in VoiceConsole en VoiceCheck voor de locaties en hun respectievelijke taken, takenpakketten, apparaatprofielen, gebruikers en operators.
Meerdere locaties maken in VoiceConsole
Zie de VoiceConsole-documentatie voor meer informatie.
1. Locatiespecifieke taakbestanden maken voor elke locatie
Voer specifieke instellingen in voor de Honeywell Voice Maintenance & Inspection Solution-spraaktoepassing via de VoiceConsole-interface. Zie Online Help VoiceConsole voor gedetailleerde stappen.
2. Een nieuw locatie maken in VoiceConsole
GA ALS VOLGT TE WERK:
Navigeer in het onderdeel Beheer van de VoiceConsole GUI naar Locaties en klik op de actiekoppeling Nieuwe locatie maken.
3. Een locatiespecifieke gebruiker maken voor de nieuwe locatie
U moet een locatiespecifieke beheerder maken die de locatie waaraan deze is toegewezen alleen kan weergeven.
GA ALS VOLGT TE WERK:
Navigeer in de sectie Beheer van de GUI naar Gebruikers en klik op de actiekoppeling Nieuwe gebruiker maken.
Selecteer Beheerder in het veld Rollen.
Selecteer de ene locatie waartoe ze toegang worden verleend in het veld Locaties.
4. Operators migreren van een bestaande VoiceConsole-database
Bij de implementatie van een nieuw systeem hoeft u de stappen in dit onderdeel waarschijnlijk niet uit te voeren. De onderstaande stappen beschrijven hoe u operatorsjablonen van een bestaande VoiceConsole-implementatie kunt migreren.
GA ALS VOLGT TE WERK:
Navigeer op het tabblad Operatorbeheer naar Operators , selecteer de operators die u wilt verplaatsen, en klik op de actiekoppelingen Operators verplaatsen > Geselecteerde operators verplaatsen/toevoegen aan een locatie.
Selecteer in de keuzelijst Bestemmingslocatie de nieuwe locatie.
Selecteer Operator naar de geselecteerde locatie verplaatsen
Voltooi en bevestig de verplaatsing vervolgens door de nieuwe locatie te selecteren in de keuzelijst Locatie-informatie.
Soms zult u moeten verifiëren dat uw licentie de toegevoegde operators ondersteunt.
5. Een taak importeren naar de nieuwe locatie
GA ALS VOLGT TE WERK:
Navigeer op het tabblad Apparaatbeheer naar Taken en klik op de actiekoppeling Taak importeren.
Vul alle relevante velden in, en selecteer vervolgens de locatie(s) waar deze taak beschikbaar moet zijn.
6. Een takenpakket maken voor de nieuwe locatie
GA ALS VOLGT TE WERK:
Navigeer op het tabblad Apparaatbeheer naar Takenpakketten en klik op de actiekoppeling Nieuw takenpakket maken.
Elk takenpakket vereist de specificatie van geavanceerde instellingen voor elke nieuwe locatie. Honeywell raadt aan deze instellingen in een apart tekstdocument op te slaan en ze vervolgens in het vak Geavanceerde instellingen te plakken tijdens het maken van het nieuwe takenpakket.
7. Een apparaatprofiel voor de nieuwe locatie maken
GA ALS VOLGT TE WERK:
Navigeer op het tabblad Apparaatbeheer naar Apparaatprofielen en klik op de actiekoppeling Nieuw apparaatprofiel maken.